Puzzelen - al doende het grotere geheel zien
- ludonu
- 26 mei
- 2 minuten om te lezen
Soms hebben we allemaal een stukje van het verhaal. In deze activiteit krijgt elke deelnemer of subgroep een fragment van een groter geheel: een kernbegrip, een stap in een proces, een principe of perspectief. Door samen te puzzelen reconstrueren ze het totaalbeeld – én ontdekken ze hoe verschillende onderdelen met elkaar samenhangen.
Doelen
Verbindingen leggen tussen deelconcepten of stappen.
Inzicht verwerven in hoe onderdelen samen een groter geheel vormen.
Activeren van voorkennis via samenwerken en vergelijken.
Ontwikkelen van gezamenlijke taal en begrip rond complexe thema’s.
Groepsgrootte, Tijd & Setting
6 tot 30 deelnemers
30–40 minuten
Offline of online (met breakoutrooms en whiteboard)
Voorbereiding
Knip een groter concept (bv. model, proces, structuur) op in 4 tot 8 betekenisvolle delen.
Steek elk deel in een aparte envelop (of als digitaal bestand voor online).
Voeg bij elk deel één of meerdere vragen of reflectie-opdrachten die deelnemers helpen het stuk te verkennen.
Online: gebruik bestandsdeling of breakoutrooms met gedeelde slides/whiteboards.
Stap-voor-stap
1. Reflectie (in subgroepen of individueel)
Verdeel deelnemers in evenveel groepjes als er enveloppen (puzzelstukken) zijn.
Elke subgroep ontvangt één puzzelstuk van het geheel (bijv. een stap in een methode, een principe, een citaat, een case, enz.).
Geef de groep 5–7 minuten om hun deel goed te verkennen: Wat houdt dit in? Wat zijn kenmerken? Wat roept het op?
Laat hen reflecteren aan de hand van begeleidende vragen (bijgevoegd door de facilitator).
2. Delen
Vorm nieuwe gemengde groepjes waarin alle puzzelstukken samenkomen (bv. 1 persoon per oorspronkelijk groepje).
Laat elke deelnemer zijn/haar fragment uitleggen aan de anderen.
De groep probeert samen het grotere geheel te reconstrueren: hoe hangen de delen samen? In welke volgorde? Wat hoort bij elkaar?
Tip: “Laat deelnemers tekenen, post-its herschikken of schema’s maken om verbanden zichtbaar te maken.”
3. Synthese & Presentatie
Elke groep maakt een visuele synthese: bv. een stappenplan, conceptkaart, model of metafoor die het geheel weergeeft.
Laat de synthese presenteren aan de rest van de groep.
Optioneel: bespreek verschillen tussen de gereconstrueerde versies. Welke inzichten ontstaan er?
4. Debriefing (kort, plenair)
Wat heb je ontdekt door alleen een deel te kennen?
Hoe veranderde je begrip toen je de andere delen zag?
Wat helpt om complexe structuren te doorgronden?
Hoe zou je dit kunnen gebruiken in je eigen praktijk?
Volgende stappen
Gebruik de gemaakte syntheses als referentie in het vervolg van de training.
Laat deelnemers hun individuele puzzelstuk terugnemen en noteren wat ze nu anders zien.
Koppel de activiteit aan toepassing: Hoe breng jij dit in praktijk, nu je het geheel ziet?
Variaties
Gebruik echte puzzelstukken, tekeningen of losse flappen.
Laat deelnemers zelf fragmenten aanleveren (bv. uit praktijkervaringen) en samen een ‘gedeeld model’ bouwen.
Online: gebruik breakoutrooms met één puzzelstuk per team en een gedeeld online canvas voor synthese.



